Rapport brede heroverwegingen onderwijs
Ik neem aan dat jullie ook geschrokken zijn van de lijst met voorstellen tot bezuinigingen. Ik heb er even de nota voor het onderwijs bij gepakt en ik krijg er een onheilspellend gevoel bij. Het zijn maar voorstellen, dus je weet nog niet wat er van door gaat, maar er gaat volgens mij veel veranderen. Ik heb enkele zinsneden zomaar even onder elkaar geplakt vanuit de hele notitie in de PDF. Vanaf bladzijde 87 gaat het over het voortgezet onderwijs. Lees en huiver:
De maatregel betreft het definiëren van een basiscurriculum met een omvang van minimaal 850 in plaats van 1000 uur per leerjaar. In plaats van vier profielen in de bovenbouw havo en vwo komen er bovendien twee profielen: een alfaprofiel en een bètaprofiel.
De reductie in onderwijstijd kan een instelling vertalen in minder onderwijsuren per jaar of minder jaren onderwijs. De reductie in lestijd is voldoende om het VWO in 5 jaar te kunnen programmeren.
De problematiek van het lerarentekort zal als gevolg van een basiscurriculum minder nijpend worden. Voor een kleiner onderwijsprogramma zijn er minder leraren nodig, zodat het lerarenkort zich minder zal voordoen. Er vervallen, afhankelijk van de gekozen reductie van het onderwijsprogramma, tot ruim 7000 fte aan leraarsplaatsen.
de Onderwijsinspectie categoriseert alle scholen in vijf categorieën (zeer zwak, zwak, voldoende, goed en excellent) aan de hand van onder meer de op basis van de wettelijke toetsen vastgestelde leerwinst;
Naast of in combinatie met klassenvergroting kunnen scholen bijvoorbeeld kiezen voor het verminderen van het aantal uren dat docenten besteden aan specifieke taken (mentor, decaan, remedial teacher, sectieleider en ict- of leerjaarcoördinator) of een reductie van het onderwijsondersteunend personeel.
Het schrappen van de vaste voet voor materiële bekostiging en het verlagen van de vaste voeten voor personele bekostiging leidt ertoe dat kleine scholen in de meeste gevallen minder middelen krijgen dan in het huidige systeem. Sluiting of fuseren (met een beroep op artikel 85 en 89 uit de Wet Voortgezet Onderwijs) ligt dan voor de hand. Indien kleine scholen wensen te blijven voortbestaan, dan kan de besparing ook worden opgevangen door het vergroten van groepen of het schrappen van ondersteunend personeel.